Terug
Gepubliceerd op 31/08/2022

2022_CBS_01063 - 2022/00122 – Aanvraag omgevingsvergunning voor een beperkte verbouwing van een achterbouw – Pastoor Coplaan 41 - 1ste afdeling, sectie B, n° 678/W: Vergunning onder voorwaarden.

college van burgemeester en schepenen
di 23/08/2022 - 13:30 collegezaal, Binnenplein 1, 2070 Zwijndrecht
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

André Van de Vyver, burgemeester; Ann Van Damme, schepen; Bruno Byl, schepen; Denise Melis-De Lamper, schepen; Veerle Beernaert, schepen; Steven Vervaet, schepen; Ilse Weynants, algemeen directeur

Secretaris

Ilse Weynants, algemeen directeur

Voorzitter

André Van de Vyver, burgemeester

Stemming op het agendapunt

2022_CBS_01063 - 2022/00122 – Aanvraag omgevingsvergunning voor een beperkte verbouwing van een achterbouw – Pastoor Coplaan 41 - 1ste afdeling, sectie B, n° 678/W: Vergunning onder voorwaarden.

Aanwezig

André Van de Vyver, Ann Van Damme, Bruno Byl, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, Ilse Weynants
Stemmen voor 6
Bruno Byl, Ann Van Damme, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, André Van de Vyver
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2022_CBS_01063 - 2022/00122 – Aanvraag omgevingsvergunning voor een beperkte verbouwing van een achterbouw – Pastoor Coplaan 41 - 1ste afdeling, sectie B, n° 678/W: Vergunning onder voorwaarden. 2022_CBS_01063 - 2022/00122 – Aanvraag omgevingsvergunning voor een beperkte verbouwing van een achterbouw – Pastoor Coplaan 41 - 1ste afdeling, sectie B, n° 678/W: Vergunning onder voorwaarden.

Motivering

Motivering

Timothy Verberck en Jitte De Meulder met adres Pastoor Coplaan 41 te 2070 Zwijndrecht hebben een omgevingsaanvraag ingediend met referentie OMV_2022066567 en gemeentelijk dossiernummer 2022/00122 voor stedenbouwkundige handelingen:

  • Een beperkte verbouwing van een achterbouw.

De aanvraag heeft als locatie Pastoor Coplaan 41 en als kadastrale omschrijving 1ste afdeling, sectie B, n° 678/W. De aanvraag werd ingediend op 10/05/2022 en volledig en ontvankelijk verklaard op 06/07/2022. Conform art. 13 van het BVR dd. 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning volgt het dossier de vereenvoudigde procedure. Bij deze aanvraag werden geen adviezen gevraagd, wel het standpunt van de aanpalende eigenaars. Bij deze aanvraag werd geen openbaar onderzoek georganiseerd. De uiterste beslissingsdatum van het dossier is 4/09/2022.

Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten.

Zie verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaren bij zoals weergegeven onder punt 6 van het verslag en maakt de opgesomde argumentatie tot de hare. 

Bijgevolg beslist het college:

Deze aanvraag tot omgevingsvergunning goed te keuren krachtens artikel 46§1 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning dd. 25 april 2014, herhaaldelijk gewijzigd, op basis van:

  • Het in overeenstemming zijn met de bepalingen van het gewestplan Antwerpen, goedgekeurd dd. 3 oktober 1979, herhaaldelijk gewijzigd.
  • Het in overeenstemming zijn met de plaatselijke goede ruimtelijke ordening.

Krachtens artikel 47 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning dd. 25 april 2014, herhaaldelijk gewijzigd, worden volgende bijkomende voorwaarden en/of lasten opgelegd:

  • De platte daken bovenop het gelijkvloers die onderdeel zijn van de aanvraag dienen te worden uitgevoerd als groendak. Een groendak dient te bestaan uit een draineerlaag, een wortelscheidende laag, een waterhoudende laag, een vegetatielaag en beplanting.
  • De nodige voorzieningen dienen getroffen om te voldoen aan het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders. 
  • Te rekenen vanaf de binnen de huidige vergunning goedgekeurde achtergevel dient in de toekomst steeds een tuinzone van minimaal 10 m. gevrijwaard van bebouwing.
  • Een waterdoorlatende verharding dient te bestaan uit een combinatie van een niet met cement gebonden fundering en een niet-monoliet verhardingsmateriaal dat door zijn open structuur, brede voegen of de aanwezigheid van gaten doorheen het verhardingsmateriaal over een hogere waterdoorlatendheid beschikt dan traditionele verhardingsvormen.
  • Verhardingen in de zijtuinstrook zijn slechts toegelaten voor de strikt noodzakelijke toegang naar een vergunde garage met een breedte van maximum 3 m.. Aan de linkerkant van de oprit moet een strook van 0,6 m tussen oprit en perceelgrens onthard en aangeplant worden, aan de rechterkant moet naast de woning een strook van 1,85 m tussen oprit en zijgevel van de woning onthard en aangeplant worden. Voor het overige dienen de voortuinen beplant of ingezaaid.

Artikel 2

Het college wijst de aanvrager op volgende aandachtspunten:

  • Openbaar domein: de bouwheer is steeds verantwoordelijk voor beschadigingen aan de verhardingen van de openbare weg, trottoirs, boordstenen, (straat)kolken en de rijweg, die te wijten zijn aan de bouwactiviteit. De dienst Uitvoering herstelt deze beschadigingen op kosten van de bouwheer.
  • De gemeente Zwijndrecht is vandaag een milieukundig aandachtsgebied ten gevolge van de vaststelling van verhoogde PFAS-concentraties in het grondwater en het vaste deel van de bodem. Bij grondwaterverlaging is de grootste voorzichtigheid geboden. Vanuit het stand-still principe moet de verplaatsing van verontreiniging zo veel mogelijk worden beperkt, zowel horizontaal (onttrekking uit de omgeving) als verticaal (lozing in het oppervlaktewater of de riolering). Het is aangewezen voor de realisatie van kelders bij woningbouwprojecten te werken in een gesloten bouwkuip of op een andere manier grondwaterverplaatsing tegen te gaan. Bij grondverzet dient verantwoord te worden omgegaan met potentieel verontreinigde lagen, en deze niet zomaar te verplaatsen buiten de grenzen van uw kadastraal perceel. Breng uw ontvanger steeds op de hoogte van de herkomst en de kwaliteit van de aangeleverde grond.

Bijlagen