TotalEnergies Olefins Antwerp (TEOA) heeft een project-MER (milieueffectenrapport) opgesteld in functie van de hervergunning en wijzigingen aan site C, de tankenterminals aan de Scheldedijk 40 te Zwijndrecht. TotalEnergies Olefins Antwerp. Het project-MER ligt samen met de omgevingsvergunningsaanvraag in openbaar onderzoek. De exploitatie is MER-plichtig omwille van de overschrijding van drempel MER-rubriek 25 “Installaties voor de opslag van aardolie, petrochemische of chemische producten met een capaciteit van 200.000 ton of meer.” De totale opslag bedraagt 200.005,220 ton.
In het project-MER worden de volgende disciplines beschreven:
De activiteiten van TotalEnergies Olefins Antwerp bestaan hoofdzakelijk uit de opslag en het verpompen van nafta. Daarnaast zijn op de locatie voorzieningen aanwezig voor het meten, ontspannen en opwarmen van ethyleen. Deze zijn niet begrepen in de vergunning van TEOA, maar omwille van de gedeeltelijke ligging op het bedrijfsterrein, worden deze installaties wel opgenomen in voorliggend rapport. Via een tunnel onder de Schelde komen verder pijpleidingen met o.a. propyleen, butaan, crude oil en multiproduct toe op de site.
Binnen de inrichting, gelegen te Zwijndrecht, worden volgende vergunde installaties teruggevonden:
Advies:
Voorafgaand de opmaak van de MER, werd er scopingadvies gevraagd aan het college. In een zitting van het schepencollege werd het volgende advies geformuleerd op het scopingadvies:
Discipline lucht
De potentieel relevante emissiebronnen zijn: de diffuse emissies van de opslagtanks, de diffuse emissies van de wateropvang/-afvoer en verkeersgerelateerde emissies, benzeen. De effecten worden als verwaarloosbaar omschreven.
Discipline bodem
Er zijn meerdere potentiële verontreinigingsbronnen maar de voornaamste zijn pompen en opslagtanks.De exploitant neemt maatregelen zoals het plaatsen van pompen op een vloeistofdichte pompput. Echter het effect wordt omschreven als significant gering negatief tot matig negatief (-1 tot -2).De opslagtanks hebben een vloeistofdichte bodem en staan op een terpgrond met lekdetectiebuisjes. Verder worden er peilmetingen gedaan en zal men bij fatale lekken de tank of inkuiping met water vullen. Een periodiek inspectieprogramma werd opgesteld.
In 2014 vond er een calamiteit plaats met saneringsplicht tot gevolg. De sanering is gestart in 2022. Er is ook verhoogde waarde aan PFAS in grond en grondwater vastgesteld waardoor de sanering werd aangepast: de te ontgraven zone werd uitgebreid en grondwater wordt gezuiverd via actief kool.
Andere effecten
De andere effecten werden beoordeeld als verwaarloosbaar.
Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM), en de bijhorende uitvoeringsbesluiten;
Besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende de vaststellingen van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectenrapportage.
Het college van burgemeester en schepen geeft een gunstig advies over het milieueffectenrapport van TotalEnergies Olefins Antwerp - Site C.