Terug
Gepubliceerd op 31/05/2023

2023_CBS_00701 - Herbestemming Sint-Martinuskerk - keuze verwarmingssysteem

college van burgemeester en schepenen
di 23/05/2023 - 13:30 collegezaal, Binnenplein 1, 2070 Zwijndrecht
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

André Van de Vyver, burgemeester; Ann Van Damme, schepen; Bruno Byl, schepen; Denise Melis-De Lamper, schepen; Veerle Beernaert, schepen; Steven Vervaet, schepen; Ilse Weynants, algemeen directeur

Secretaris

Ilse Weynants, algemeen directeur

Voorzitter

André Van de Vyver, burgemeester

Stemming op het agendapunt

2023_CBS_00701 - Herbestemming Sint-Martinuskerk - keuze verwarmingssysteem

Aanwezig

André Van de Vyver, Ann Van Damme, Bruno Byl, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, Ilse Weynants
Stemmen voor 6
Bruno Byl, Ann Van Damme, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, André Van de Vyver
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2023_CBS_00701 - Herbestemming Sint-Martinuskerk - keuze verwarmingssysteem 2023_CBS_00701 - Herbestemming Sint-Martinuskerk - keuze verwarmingssysteem

Motivering

Motivering

In het schepencollege dd. 11 april werd een presentatie gegeven over de mogelijkheden bij het kiezen van een verwarmingssysteem voor het kerkgebouw te Burcht.

In de projectdefinitie en bij de aanstelling van een ontwerper voor de kerk werd er veel belang gehecht aan duurzaamheid in het totale project en dus ook bij de keuze van het verwarmingssysteem.

Verwarmen met vloerverwarming op basis van een geothermie/warmtepomp werd hierbij zeer goed beoordeeld.

Tijdens het ontwerpproces vergeleken we verschillende mogelijkheden en de keuze viel op de verwarming door geothermie. Hiervoor werd een TRT test uitgevoerd. Met deze test kan een simulatie van het BEO-veld worden gemaakt van het thermisch gedrag van de bodem gedurende 30 jaar.


Huidige optie -volledig geothermie

Van het oorspronkelijke voorziene aantal boringen van 33 stuks gaan we naar 46 boringen en alsnog blijkt dat het voorziene BEO-veld van 46 dubbele U-lussen met een lengte van 150 meter niet voldoet om op lange termijn de voorziene warmte- en koudevraag van het gebouw op te nemen. Dit is te wijten aan de opbouw van koude die zal leiden tot uitputting van de bodem. Er is  een onevenwicht in de warmte-/koudevraag van meer dan 4,5 waardoor reeds na 7 jaar de bodem zijn minimale ontwerptemperatuur zal bereiken.

Er zijn verschillende mogelijkheden om deze uitputting te counteren:

Alternatief 1: geothermie met dry cooler

1+2) het uitbreiden van de tussenafstand (van 6m naar 12m) of het vergroten van het aantal boringen (van 33 naar 46 en uiteindelijk naar 66 stuks). Beide oplossingen zijn mogelijk niet haalbaar omdat ze zorgen voor zéér groot ruimtebeslag (vergroten tussenafstand, BEO-veld > 6500 m2) tot sterke stijging van het benodigde budget (+40%).

3) Een derde mogelijkheid biedt het verkleinen van het onevenwicht tussen verwarming en koeling. Dit impliceert het verhogen van de regeneratie door extra koeling in het gebouw aan te bieden of door toevoeging van een regeneratie-eenheid (bv droge koeler). Hiervoor zijn 46 boringen vereist.

Alternatief 2: geothermie en warmtepomp lucht/water

30 boringen vereist + 3 kleine warmtepompen lucht water.  Hierbij blijft het aantal boringen beperkt tot 30 en worden 3 kleine warmtepompen toegevoegd.

Alternatief 3:  

1 grote warmtepomp lucht/water (4,40m x 2,25m x 2,45m)


Elk van deze alternatieven brengt nog bijkomende onkosten met zich mee. Deze kunnen berekend worden door het studiebureau, maar dan moet er wel eerst een keuze gemaakt worden welk alternatief de voorkeur geniet. Hiervoor werd het advies opgevraagd van de dienst uitvoering en van de duurzaamheidsambtenaar. 

Advies van de dienst uitvoering

- geen verzonken opstelling: bij geen enkele van de alternatieven kiest uitvoering voor een verzonken opstelling van de warmtepomp. Dit bemoeilijkt het werken aan de warmtepomp bij onderhoud of herstelling. De put waarin de warmtepomp staat kan enkel afgeschermd worden door een rooster zodat vuil en regen binnenkomen. Om het water weg te krijgen moet een pomp geplaatst worden - wat sowieso voor problemen zorgt bij defect.

- de voorkeur gaat uit naar alternatief 2: geothermie (30 boringen aangevuld met een warmtepomp W/L bestaande uit 3 kleine units. Dit is de meest flexibele oplossing, indien één van de systemen defect is, resten er nog 3 andere. De toestellen zijn ook klein 1,60x1,25x0,6m (3 st.) deze kunnen opgesteld worden aan de oostzijde van de kerk en afgeschermd worden door een haag/beplanting. De zone die daarvoor voorzien wordt moet voldoende groot zijn, zodat er gemakkelijk kan gewerkt worden aan de apparatuur, dus minimum 1,00m aan voor en achterzijde van het toestel. De nodige ruimte hiervoor is beschikbaar.

- Vraag: kan de ventilatie extra aangestuurd worden door een warmtepomp W/L?

Advies van de duurzaamheidsambtenaar

Alle voorstellen zijn fossielvrij, wat beter is voor het klimaat en anticipeert op de toekomstige afbouw van verwarming met fossiele brandstoffen. 

In eerste instantie is het belangrijk om de warmtevraag zo veel mogelijk te beperken. Zeker bij deze systemen, die op lage temperatuur werken. Isolatie is dus van groot belang. Voor de kerk is dit, gezien het type gebouw, een grotere uitdaging dan bij een ander gebouwtype en zal dit dus beperkter zijn. 

Enkele aandachtspunten:

  • Alternatief 1 en alternatief 2: kunnen deze combinaties garanderen dat ze de uitputting van de bodem kunnen counteren?
  • Alternatief 1: geothermie is afhankelijk van dry cooler, bij defect dry cooler kan systeem niet werken.
  • Alternatief 2: warmtepomp kan apart van geothermie werken.
  • Alternatief 3: 
    • Bij koeling in de zomer zal dit systeem warmte afgeven aan de buitenlucht. Dit draagt nog meer bij tot het hitte-eilandeffect in verstedelijkte gebieden. Koudevraag zal in dit gebouw wel beperkt zijn waardoor er weinig gekoeld zal worden. Effect op hitte-eiland zal hier dus beperkt zijn.
    • Men moet rekening houden met geluid: mogelijk wordt geluid van buitenunit als geluidsoverlast ervaren door buren.
    • Propaan heeft een veel lager aardopwarmingsvermogen (GWP) dan freon, dus goed alternatief.
    • Meer zekerheid doordat er geen afhankelijkheid is van bodemwarmte (en mogelijke uitputting).

Vanuit duurzaamheid wordt voorgesteld om alternatief 2 en 3 verder te bekijken.

Gemeenten die het Lokaal Energie- en klimaatpact ondertekend hebben, engageren zich om een warmteplan en warmtezoneringskaart op te maken. Deze oefening dient voor onze gemeente nog gemaakt te worden. Hieruit kan blijken dat in de (verre) toekomst een collectief warmtesysteem ook nog een mogelijkheid biedt, maar nu is het nog te vroeg om dit te kunnen bepalen.


Het voorstel is: aan architecten KSA vragen om alternatief 2 en 3 (met een duidelijke voorkeur voor alternatief 2) verder uit te werken en een raming op te maken. 

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college vraagt aan Korteknie Stuhlmacher architecten BV, Baan 74, 3011 CD Rotterdam Nederland om het ontwerp voor de geothermie aangevuld met een warmtepomp Lucht/Water verder uit te werken en een raming hiervoor op te maken.

Artikel 2

Het college vraagt aan Korteknie Stuhlmacher architecten BV, Baan 74, 3011 CD Rotterdam Nederland om het ontwerp voor een warmtepomp Lucht/Water verder uit te werken en een raming hiervoor op te maken.


Bijlagen

  • PF-PI-2019_13 HERBESTEMMING SINT MARTINUS.xlsx
  • wetransfer_237-matrix-opties-technieken-230411-pdf_2023-04-11_1418 (1).zip