Terug
Gepubliceerd op 24/05/2023

2023_CBS_00641 - 2023/00064 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het slopen en herbouwen van het middelste deel van een bestaand KMO-gebouw + regularisatie verharding parking – Lindenstraat 308 te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11056, sectie B, perceel 578H: Gedeeltelijke vergunning onder voorwaarden en gedeeltelijke weigering.

college van burgemeester en schepenen
di 16/05/2023 - 13:30 collegezaal, Binnenplein 1, 2070 Zwijndrecht
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

André Van de Vyver, burgemeester; Ann Van Damme, schepen; Bruno Byl, schepen; Denise Melis-De Lamper, schepen; Veerle Beernaert, schepen; Steven Vervaet, schepen; Ilse Weynants, algemeen directeur

Secretaris

Ilse Weynants, algemeen directeur

Voorzitter

André Van de Vyver, burgemeester

Stemming op het agendapunt

2023_CBS_00641 - 2023/00064 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het slopen en herbouwen van het middelste deel van een bestaand KMO-gebouw + regularisatie verharding parking – Lindenstraat 308 te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11056, sectie B, perceel 578H: Gedeeltelijke vergunning onder voorwaarden en gedeeltelijke weigering.

Aanwezig

André Van de Vyver, Ann Van Damme, Bruno Byl, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, Ilse Weynants
Stemmen voor 6
Bruno Byl, Ann Van Damme, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, André Van de Vyver
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2023_CBS_00641 - 2023/00064 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het slopen en herbouwen van het middelste deel van een bestaand KMO-gebouw + regularisatie verharding parking – Lindenstraat 308 te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11056, sectie B, perceel 578H: Gedeeltelijke vergunning onder voorwaarden en gedeeltelijke weigering. 2023_CBS_00641 - 2023/00064 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het slopen en herbouwen van het middelste deel van een bestaand KMO-gebouw + regularisatie verharding parking – Lindenstraat 308 te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11056, sectie B, perceel 578H: Gedeeltelijke vergunning onder voorwaarden en gedeeltelijke weigering.

Motivering

Motivering

De firma TEN BRICKS vertegenwoordigd door Gaëtan Lancksweerd met adres Krijgsbaan 243 te 2070 Zwijndrecht heeft een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend met referentie OMV_2023038647 en gemeentelijk dossiernummer 2023/00064 voor stedenbouwkundige handelingen: 

  • Het slopen en herbouwen van het middelste deel van een bestaand KMO-gebouw + regularisatie verharding parking. 

De locatie van de aanvraag is Lindenstraat 308 te 2070 Zwijndrecht. Ze heeft de kadastrale omschrijving  Afdeling 11056, sectie B, perceel 578H en EPB-nummer 11056-G-OMV_2023038647. De aanvraag werd ingediend op 17/03/2023 en volledig en ontvankelijk verklaard op 20/03/2023. De aanvraag is niet onderworpen aan de milieueffectrapportage.
Ze bevat handelingen opgesomd in art. 11 t.e.m. 14 van het BVR d.d. 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, de vereenvoudigde procedure is van toepassing. Bij deze aanvraag werden adviezen gevraagd, niet het standpunt van de aanpalende eigenaars. Er werd geen openbaar onderzoek georganiseerd.
Op 8/05/2023 werd een wijzigingsverzoek ingediend. De gewijzigde projectversie werd aanvaard op 8/05/2023. Het advies is opgemaakt op basis van V2 op het omgevingsloket.
Er werd geen administratieve lus toegepast. De uiterste beslissingsdatum van het dossier is 19/05/2023.

Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de ter zake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten.

Zie verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaren bij zoals weergegeven onder punt 6 van het verslag en maakt de opgesomde argumentatie tot de hare.

Bijgevolg beslist het college:

Deze omgevingsaanvraag gedeeltelijk te vergunnen onder voorwaarden voor: het deels slopen en heropbouwen van een KMO-gebouw, de regularisatie van de materiaalwijziging van de in 1981 vergunde delen van de verharding links en achteraan het gebouw (zie inplantingsplan vergunde toestand) en de regularisatie van het nieuwe deel van de asfaltverharding achteraan het gebouw tot 15,5 m vanaf de achtergevel krachtens artikel 46§1 en 47 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning d.d. 25 april 2014, herhaaldelijk gewijzigd, op basis van: 

  • Het in overeenstemming zijn met de bepalingen van het gewestplan Antwerpen, goedgekeurd d.d. 3 oktober 1979, herhaaldelijk gewijzigd;
  • Het grotendeels in overeenstemming zijn met de plaatselijke goede ruimtelijke ordening.

Opgelegde voorwaarden:

  • Het aantal parkeerplaatsen achteraan dient beperkt te worden tot 6 plaatsen.
  • Er dient nog 3 m extra asfaltverharding te worden verwijderd en toegevoegd aan de voorgestelde groenzone achteraan, over de gehele perceelbreedte.
  • De groenstrook links van de parkeerplaatsen achteraan moet min. 3 m breed zijn. De verharding achter het gebouw mag aan de rechterkant over de hele diepte maximaal tot aan de rechterzijgevel doorlopen. (zie ook punt 2.7 Functionele inpasbaarheid, schaal en ruimtegebruik).
  • Overeenkomstig de gemeentelijke Groenvisie (pp. 66-67; 75) dienen de niet verharde zones kwalitatief te worden aangeplant met aandacht voor biodiversiteit (bij- en insectvriendelijk).
  • Er moeten minstens 6 fietsstalplaatsen worden ingericht.
  • Respecteren van de kleuren van de  rioleringsbuizen volgens gebruik, m.n. grijs voor RWA en oranje voor DWA als van toepassing op deze aanvraag.
  • Regenwater RWA en afvalwater DWA dienen volledig gescheiden aangeboden te worden aan de perceelgrens zonder koppeling tussen de sifonputten. als van toepassing op deze aanvraag.
  • Contactname met Technische Dienst vóór aanvang rioleringswerken (03/250 48 70) of uitvoering@zwijndrecht.be.
  • De bodemkwaliteit in de onverharde zones moet in acht worden genomen en indien nodig hersteld. Mechanisch verdichte grondlagen dienen vóór de aanplanting opnieuw te worden losgemaakt; puin en bodemvreemde materialen moeten worden verwijderd; anaerobe condities onder nieuw aangevoerde grond dient te worden vermeden.
  • De voorwaarden in het advies van: 
    • Brandweer Zone Antwerpen - Brandweer Zone Antwerpen BZA  d.d. 30/03/2023 ref. BW/KVLO/2023/G.00081.ZW.0005

Deze aanvraag tot omgevingsvergunning te weigeren voor het regulariseren van de verharde oprit aan de rechterzijde van de gebouwen krachtens artikel 46 §1 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning d.d. 25 april 2014, herhaaldelijk gewijzigd, op basis van:

  • het niet in overeenstemming zijn met de plaatselijke goede ruimtelijke ordening.
  • Het ongunstig advies van de mobiliteitsambtenaar.

Artikel 2

Het college wijst de aanvrager op volgende aandachtspunten:

  • Een omgevingsvergunning heeft een zakelijk karakter en wordt verleend onder voorbehoud van de burgerlijke rechten die betrekking hebben op het onroerend goed.
  • Een omgevingsvergunning is in principe ondeelbaar. Bij uitvoering moeten alle werken en opgelegde voorwaarden in overeenstemming met de vergunning worden uitgevoerd. Zo niet zijn de deels uitgevoerde werken als onvergund te beschouwen.
  • Openbaar domein: de bouwheer is steeds verantwoordelijk voor beschadigingen aan de verhardingen van de openbare weg, trottoirs, boordstenen, (straat)kolken en de rijweg, die te wijten zijn aan de bouwactiviteit. De dienst Uitvoering herstelt deze beschadigingen op kosten van de bouwheer.
  • De gemeente Zwijndrecht is vandaag een milieukundig aandachtsgebied ten gevolge van de vaststelling van verhoogde PFAS-concentraties in het grondwater en het vaste deel van de bodem.
    1. Bij grondwaterverlaging is de grootste voorzichtigheid geboden. Vanuit het stand-still principe moet de verplaatsing van verontreiniging zo veel mogelijk worden beperkt, zowel horizontaal (onttrekking uit de omgeving) als verticaal (lozing in het oppervlaktewater of de riolering). Het is aangewezen voor de realisatie van kelders bij woningbouwprojecten te werken in een gesloten bouwkuip of op een andere manier grondwaterverplaatsing tegen te gaan.
    2. Bij grondverzet dient verantwoord te worden omgegaan met potentieel verontreinigde lagen, en deze niet zomaar te verplaatsen buiten de grenzen van uw kadastraal perceel. Breng uw ontvanger steeds op de hoogte van de herkomst en de kwaliteit van de aangeleverde grond.

Bijlagen