2023_CBS_01227 - 2023/00118 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het verbouwen en uitbaten van een fietsenwinkel, fietscafé en woning – Richard Orlentstraat 87 te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11056, sectie A, perceel 599M: Vergunning onder voorwaarden.

Het college treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaren bij zoals weergegeven onder punt 6 van het verslag en maakt de opgesomde argumentatie tot de hare.
Het college voegt daar in zitting nog aan toe:

Het CBS stelt inconsequentie vast in het dossier tussen sloopopvolgingsplan p. 9 ("Er worden geen buitenverhardingen opgebroken") en de aanvraag. Het college laat voor de beoordeling het sloopvologingsplan buiten beschouwing en maant de aanvrager aan om het sloopopvolgingsplan in die zin te corrigeren.
CBS stelt vast dat de aanvraag afwijkt van het project zoals eerder voorgesteld, wat de materiaalkeuze voor de buitenaanleg betreft. Dit komt ook naar voren in een eigenaardigheid in de legende op p. 148 van de dossierstukken van de aanvraag. Het legende-element "klinkers" is onbestaand; daarentegen is er wel een legende-element "grasdals". Blijkbaar is de aanvrager na het preadvies, waarin sprake was van heraanleg van parkeerplaatsen en oprit in grasdals, van gedacht veranderd, maar heeft hij de legende niet meer aangepast. Het college staat erop dat de parkeerplaatsen en minstens de niet overrijdbare strook van de nieuw aan te leggen oprit aan de rechterkant van het perceel worden aangelegd in grasdals, in te zaaien volgens de regels van de kunst. Dit wordt opgelegd als vergunningsvoorwaarde en dient te worden aangeduid op plan.

Bijgevolg beslist het college:

Deze omgevingsaanvraag te vergunnen onder voorwaarden krachtens artikel 32§1 en 33 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning d.d. 25 april 2014, herhaaldelijk gewijzigd, op basis van:

• Het grotendeels in overeenstemming zijn met de bepalingen van het gewestplan Antwerpen, goedgekeurd dd. 3 oktober 1979, herhaaldelijk gewijzigd.
• Het grotendeels in overeenstemming zijn met de bepalingen van de gewestplanwijziging, goedgekeurd dd. 28 oktober 1998;
• Het voldoen aan de goede ruimtelijke ordening.
• Het voorwaardelijk gunstig advies van Brandweerzone Antwerpen dd. 5/07/2023.
• Het gunstig advies van Toegankelijk Vlaanderen (Inter) dd. 28/08/2023, ref. 20222341(tris).

 Opgelegde voorwaarden:

• Een groendak dient te bestaan uit een draineerlaag, een wortelscheidende laag, een waterhoudende laag, een vegetatielaag en beplanting.
• Te rekenen vanaf de binnen de huidige vergunning goedgekeurde achtergevel dient in de toekomst steeds een tuinzone van minimaal 10 m gevrijwaard van bebouwing. 
• Een waterdoorlatende verharding dient te bestaan uit een combinatie van een niet met cement gebonden fundering en een niet monoliet verhardingsmateriaal dat door zijn open structuur, brede voegen of de aanwezigheid van gaten doorheen het verhardingsmateriaal over een hogere waterdoorlatendheid beschikt dan traditionele verhardingsvormen.
• Respecteren van de kleuren van de  rioleringsbuizen volgens gebruik, m.n. grijs voor RWA en oranje voor DWA.
• Regenwater RWA en afvalwater DWA dienen volledig gescheiden aangeboden te worden aan de perceelgrens zonder koppeling tussen de sifonputten.
• Contactname met Technische Dienst vóór aanvang rioleringswerken (03/250 48 70) of uitvoering@zwijndrecht.be.
• De bodemkwaliteit in de onverharde zones moet in acht worden genomen en indien nodig hersteld. Mechanisch verdichte grondlagen dienen vóór de aanplanting opnieuw te worden losgemaakt; puin en bodemvreemde materialen moeten worden verwijderd; anaerobe condities onder nieuw aangevoerde grond dient te worden vermeden. Contactname met de dienst Uitvoering vóór de aanplanting van bomen is verplicht.
• Beplanting die in de vergunning is voorzien, wordt aangevraagd of als voorwaarde wordt opgelegd maar die niet gedijt, moet het eerstvolgende plantseizoen worden heraangeplant. Deze werkwijze moet worden herhaald tot de beplanting de voorgestelde aard heeft verkregen.
• De inrichting van de voortuin moet steeds overeenkomstig de Beleidslijn Voortuininrichting d.d. 14 september 2021 behouden en gehandhaafd worden.
• De parkeerplaatsen en minstens de niet overrijdbare strook van de nieuw aan te leggen oprit moeten worden aangelegd in grasdals, in te zaaien volgens de regels van de kunst.
• Voorwaarden opgelegd in het advies van Brandweer Zone Antwerpen BZA d.d. 5/07/2023 ref. BW/KVLO/2023/G.00405.ZW.0006.
• Voorwaarden opgelegd in het advies van Toegankelijk Vlaanderen (Inter) d.d. 28/08/2023 ref. 20222341(tris).
• Voorwaarden opgelegd in het advies van dienst Mobiliteit Zwijndrecht d.d. 24/08/2023:
  • De fietsparkeerplaatsen dienen te voldoen aan de gemeentelijk beleidsvisie fietsparkeren vastgesteld door het college 27/6/2023 (zie website gemeente).
  • De parkeerplaats voor personen met een handicap dient minimaal te voldoen aan richtlijnen van het Vlaams vademecum duurzaam parkeerbeleid.
  • De fietsparkeerplaatsen naast de autoparking dienen te worden aangepast zodat er ook plaats komt voor 1 bakfiets (3m op 135cm), de as op as afstand van 60 cm volstaat.
  • De as op as afstand van de schuin geplaatste fietsparkeervoorzieningen links van het gebouw moet 60cm bedragen (50cm minimaal).
  • Er dient onderaan deze zone 1 bakfietsplaats (3m op 130cm) voorzien te worden.
  • Het dient bij de gewone fietsparkeerplaatsen te gaan om hoog laag systemen met een as op as van 60 cm met een voorwielgreep die op 3 punten steun biedt (tegen schade aan het wiel bij normaal gebruik), daarbij dient dit alle banden compatibel te zijn (= minstens 70mm banddiktes moet er in passen) inclusief een lang aanbind aanleunbeugelsysteem met lakbescherming.

Het college wijst de aanvrager op volgende aandachtspunten:

• Een omgevingsvergunning heeft een zakelijk karakter en wordt verleend onder voorbehoud van de burgerlijke rechten die betrekking hebben op het onroerend goed.
• Een omgevingsvergunning is in principe ondeelbaar. Bij uitvoering moeten alle werken en opgelegde voorwaarden in overeenstemming met de vergunning worden uitgevoerd. Deels uitgevoerde werken zijn als onvergund te beschouwen, met uitzondering van op zichzelf staande delen waarvan vaststaat dat het vergunningverlenend bestuursorgaan ook zonder het afgesplitste ontbrekende gedeelte dezelfde beslissing zou genomen hebben.
• Openbaar domein: de bouwheer is steeds verantwoordelijk voor beschadigingen aan de verhardingen van de openbare weg, trottoirs, boordstenen, (straat)kolken en de rijweg, die te wijten zijn aan de bouwactiviteit. De dienst Uitvoering herstelt deze beschadigingen op kosten van de bouwheer.
• De gemeente Zwijndrecht is vandaag een milieukundig aandachtsgebied ten gevolge van de vaststelling van verhoogde PFAS-concentraties in het grondwater en het vaste deel van de bodem. Bij grondwaterverlaging is de grootste voorzichtigheid geboden. Vanuit het stand-still principe moet de verplaatsing van verontreiniging zo veel mogelijk worden beperkt, zowel horizontaal (onttrekking uit de omgeving) als verticaal (lozing in het oppervlaktewater of de riolering). Het is aangewezen voor de realisatie van kelders bij woningbouwprojecten te werken in een gesloten bouwkuip of op een andere manier grondwaterverplaatsing tegen te gaan. Bij grondverzet dient verantwoord te worden omgegaan met potentieel verontreinigde lagen, en deze niet zomaar te verplaatsen buiten de grenzen van uw kadastraal perceel. Breng uw ontvanger steeds op de hoogte van de herkomst en de kwaliteit van de aangeleverde grond.
• Het perceel waarvoor de omgevingsvergunning wordt aangevraagd, is een risicoperceel, en is gelegen in de 'te saneren zone' volgens het beschrijvend onderzoek fase 1, uitgevoerd door 3M Belgium nv., Canadastraat 11.  Alle uitgegraven bodem wordt als verdachte grond beschouwd.  Alle verwijderingen van gronden moeten voldoen aan de regels van het grondverzet.