Terug
Gepubliceerd op 13/12/2023

2023_CBS_01525 - 2023/00262 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het kappen van een wilg – Kruibeeksesteenweg zn. te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11011, sectie C, perceel 100N2: Vergunning onder voorwaarden.

college van burgemeester en schepenen
di 05/12/2023 - 13:30 collegezaal, Binnenplein 1, 2070 Zwijndrecht
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

André Van de Vyver, burgemeester; Ann Van Damme, schepen; Bruno Byl, schepen; Veerle Beernaert, schepen; Steven Vervaet, schepen; Ilse Weynants, algemeen directeur

Verontschuldigd

Denise Melis-De Lamper, schepen

Secretaris

Ilse Weynants, algemeen directeur

Voorzitter

André Van de Vyver, burgemeester

Stemming op het agendapunt

2023_CBS_01525 - 2023/00262 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het kappen van een wilg – Kruibeeksesteenweg zn. te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11011, sectie C, perceel 100N2: Vergunning onder voorwaarden.

Aanwezig

André Van de Vyver, Ann Van Damme, Bruno Byl, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, Ilse Weynants
Stemmen voor 5
Bruno Byl, Ann Van Damme, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, André Van de Vyver
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2023_CBS_01525 - 2023/00262 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het kappen van een wilg – Kruibeeksesteenweg zn. te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11011, sectie C, perceel 100N2: Vergunning onder voorwaarden. 2023_CBS_01525 - 2023/00262 – Aanvraag omgevingsvergunning voor: Het kappen van een wilg – Kruibeeksesteenweg zn. te 2070 Zwijndrecht – Afdeling 11011, sectie C, perceel 100N2: Vergunning onder voorwaarden.

Motivering

Motivering

Ministerie van Landsverdediging (dhr. Kris Van Echelpoel) met adres Eversestraat 1 te 1140 Evere heeft een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend met referentie OMV_2023148597 gemeentelijk dossiernummer 2023/00262 voor stedenbouwkundige handelingen: 

  • Het kappen van een wilg.

De locatie van de aanvraag is Kruibeeksesteenweg zn te 2070 Zwijndrecht. Ze heeft de kadastrale omschrijving Afdeling 11011, sectie C, perceel 100N2 en EPB-nummer 11056-G-OMV_2023148597. De aanvraag werd ingediend op 8/11/2023 en versie V1 in het Omgevingsloket werd volledig en ontvankelijk verklaard op 14/11/2023. De aanvraag is niet onderworpen aan de milieueffectrapportage. Ze bevat geen handelingen opgesomd in art. 11 t.e.m. 14 van het BVR d.d. 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, de vereenvoudigde   procedure is van toepassing. Bij deze aanvraag werden geen adviezen gevraagd, noch het standpunt van de aanpalende eigenaars. Er werd geen openbaar onderzoek georganiseerd. De uiterste beslissingsdatum van het dossier is 13/01/2024.

Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de ter zake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten.

Zie verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaren bij zoals weergegeven onder punt 6 van het verslag en maakt de opgesomde argumentatie tot de hare.

Bijgevolg beslist het college:

Deze omgevingsaanvraag te vergunnen onder voorwaarden krachtens artikel 46§1 en 47 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning d.d. 25 april 2014, herhaaldelijk gewijzigd, op basis van:

  • Het in overeenstemming zijn met de bepalingen van het gewestplan Antwerpen, goedgekeurd d.d. 3 oktober 1979, herhaaldelijk gewijzigd.
  • Het in overeenstemming zijn met de plaatselijke goede ruimtelijke ordening.

Opgelegde voorwaarden:

Indien de boom na kapping niet meer uitschiet, moet worden overgegaan tot heraanplanting:

  • De plantmaat van de heraanplanting dient minimaal 14/16 (stamomtrek in cm) te bedragen.
  • De heraanplanting dient te worden uitgevoerd uiterlijk het plantseizoen volgend op  de kapping en moet ondersteund worden door middel van 2 steunpalen en bindsels.
  • De nieuwe aanplanting dient in voorkomend geval te worden beschermd tegen vee- en wildvraat.
  • De nieuwe aanplanting dient tot volle wasdom gebracht te worden. Eventuele uitval dient stelselmatig te worden vervangen.
  • Een heraanplanting van bomen die meer dan 2 m hoog worden moet conform boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek, Art. 3.133. Afstanden van beplantingen gebeuren op minstens 2 m van de perceelgrens.
  • Er mogen geen kapwerkzaamheden worden uitgevoerd tijdens de broedperiode
     (van 1 maart tot 1 juli). 
  • Beplanting die in de vergunning is voorzien, wordt aangevraagd of als voorwaarde wordt opgelegd maar die niet gedijt, moet het eerstvolgende plantseizoen worden heraangeplant. Deze werkwijze moet worden herhaald tot de beplanting de voorgestelde aard heeft verkregen.

Opgelegde lasten:

  • Er worden geen lasten opgelegd.

Artikel 2

De plannen en het aanvraagdossier waarop dit besluit gebaseerd is, maken er integraal deel van uit.

Artikel 3

Het college wijst de aanvrager op volgende aandachtspunten:

  • Een omgevingsvergunning heeft een zakelijk karakter en wordt verleend onder voorbehoud van de burgerlijke rechten die betrekking hebben op het onroerend goed.
  • De gevraagde werken en de opgelegde voorwaarden moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met de vergunning. Een omgevingsvergunning is in principe ondeelbaar. Elementen van de aanvraag die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn, moeten volledig worden uitgevoerd om als vergund te worden beschouwd. Deels uitgevoerde werken zijn als onvergund te beschouwen, met uitzondering van op zichzelf staande delen waarvan vaststaat dat het vergunningverlenend bestuursorgaan ook zonder het afgesplitste ontbrekende gedeelte dezelfde beslissing zou genomen hebben.
  • Openbaar domein: de bouwheer is steeds verantwoordelijk voor beschadigingen aan de verhardingen van de openbare weg, trottoirs, boordstenen, (straat)kolken en de rijweg, die te wijten zijn aan de bouwactiviteit. De dienst Uitvoering herstelt deze beschadigingen op kosten van de bouwheer.