Terug
Gepubliceerd op 06/12/2023

2023_CBS_01521 - Polderstraat - wegen- en rioleringswerken - voorstel financiële afhandeling

college van burgemeester en schepenen
di 28/11/2023 - 13:30 collegezaal, Binnenplein 1, 2070 Zwijndrecht
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

André Van de Vyver, burgemeester; Ann Van Damme, schepen; Bruno Byl, schepen; Denise Melis-De Lamper, schepen; Veerle Beernaert, schepen; Steven Vervaet, schepen; Ilse Weynants, algemeen directeur

Secretaris

Ilse Weynants, algemeen directeur

Voorzitter

André Van de Vyver, burgemeester

Stemming op het agendapunt

2023_CBS_01521 - Polderstraat - wegen- en rioleringswerken - voorstel financiële afhandeling

Aanwezig

André Van de Vyver, Ann Van Damme, Bruno Byl, Denise Melis-De Lamper, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, Ilse Weynants
Stemmen voor 6
Bruno Byl, Ann Van Damme, Veerle Beernaert, Steven Vervaet, Denise Melis-De Lamper, André Van de Vyver
Stemmen tegen 0
Onthoudingen 0
Blanco stemmen 0
Ongeldige stemmen 0
2023_CBS_01521 - Polderstraat - wegen- en rioleringswerken - voorstel financiële afhandeling 2023_CBS_01521 - Polderstraat - wegen- en rioleringswerken - voorstel financiële afhandeling

Motivering

Motivering

  1. Verwijlintresten op vorderingsstaten VS08bis, VS09, VS27 en de factuur van de grondafvoer;

 Als men meent dat verwijlintresten van toepassing zouden zijn dienen we te kijken of de correcte procedures gevolgd werden. Intresten zijn enkel van toepassing indien de vastgestelde betalingstermijnen conform art. 95 §3 wordt overschreden. Dit artikel stelt duidelijk dat de betaling pas kan plaatsvinden “voor zover de aanbesteder tegelijk over de regelmatige factuur beschikt”. Bijgevolg zijn verwijlintresten pas van toepassing als er factuur wordt overgemaakt. 

Bijkomend is evenmin sprake van een overschrijding van de verificatietermijn, gelet op het feit dat deze pas begint te lopen vanaf het overmaken van de gedateerde en ondertekende schuldvordering. Voor VS08bis, VS09 hebben we geen ondertekende schuldvordering mogen ontvangen. Voor VS27 hebben we pas een ondertekende schuldvordering mogen ontvangen op 10/06/23.

De factuur met betrekking tot de grondafvoer werd tijdig geprotesteerd door de gemeente, waardoor van rechtswege geen verwijlinteresten van toepassing zijn. Deze vordering kan onzes inziens tevens niet betaald worden door de gemeente gelet op de dwingende drempel van 30.000 euro (excl. BTW) voor ‘aanvaarde factuur’. Het betreft volgens ons dus een uitbreiding op de bestaande opdracht, waardoor ook hier de procedures omtrent indienen en goedkeuring van schuldvordering dienen gevolgd te worden.

 

  • Geen recht op verwijlintresten rekening houdend met bovenstaande. De factuur van de grondafvoer zal betaald worden binnen het globaal dossier van de Polderstraat. 

 

  1. Refractie van de fundering van de voetpaden

Het voorstel van refractie t.g.v. de dikte wordt door jullie niet aanvaard aangezien er afspraken zouden gemaakt zijn voor een minder dikke fundering. Echter kunnen we deze afspraken niet traceren of terugvinden in de werfverslagen waar dergelijke afspraken zeker zouden moeten worden opgenomen.

Het KB Uitvoering stelt onder art. 80 §1 duidelijk “Elk bevel tot wijziging van de opdracht wordt schriftelijk gegeven. […] Minder belangrijke wijzigingen kunnen evenwel enkel als vermeldingen in het dagboek worden opgetekend.” Gezien er geen schriftelijke wijzigingsbevelen gekend zijn, kan niet aanvaard worden dat dit in overleg met het opdrachtgevend bestuur zou beslist zijn.

Er werd gevraagd om een minprijs voor te stellen voor de aangepaste fundering. Hier is tot op heden geen gevolg gegeven. Bij deze wordt de minprijs ambtshalve vastgelegd. De fundering van de voetpaden was voorzien op 15 cm dikte met een EH-prijs van 8.42 euro/m². De gemiddeld dikte die werd uitgevoerd bedraagt volgens de beproeving 13 cm rekening houdend met de regel van 3 wordt de EH-prijs gereduceerd naar 6.37 euro/m². De minprijs bedraagt 2.05 euro/m² voor een oppervlakte van 2055 m² wat op een totale minprijs komt van 4.212,75 euro en de herziening bedraagt 865,89 euro (herziening volgens VS08: 1.20554). De totale minprijs bedraagt 5078,64 euro. Bovendien houdt de prijs geen rekening met het minder uitvoeren van het ondiep grondwerk. 

 

          De refractie volgens PV11 is als volgt opgebouwd: 

 

  • SB kantstroken
    • Druksterkte: 76,25 euro + 1.220,01 euro + 1.220,01 euro + 4.802,68 euro
  • SB parkeerstroken
    • Dikte: 8.55,70 euro
  • SB uitwijkstroken 
    • Dikte: 1.395,70 euro
  • Fundering zandcement
    • Druksterkte: 1.251,58 euro + 2.778,49 euro
    • Dikte: refactie vd dikte vervalt (= 3.476,60 euro + 3.248,53 euro + 4.038,41 euro) en minprijs werd ambtshalve bepaald op 5078,64 euro 

 

  • Aangepaste refractie n.a.v. PV11 en bovenstaande komt dan op: 18.679,06 euro (ipv 24.363,96 euro).

 

  1. Stilstandkosten versus boete t.g.v. de termijnoverschrijding 

 Zoals ook besproken tijdens het overleg zijn wij van mening dat er geen schadevergoeding verschuldigd is ten gevolge de schorsing aangezien het om omstandigheden gaat die vreemd zijn aan de aanbesteder. Daarenboven gebeurde de melding laattijdig waardoor de vraag evenmin rechtsgeldig was (Artikel 38/12 van het KB Uitvoering). Finaal dient de aannemer zijn schade te bewijzen. Het aangeleverde document is echter vrij summier, en geeft aanleiding tot minstens volgende opmerkingen:

 

  1. De machines worden voor de volledige duur van de schorsing (28 d) aangerekend. Echter is het zo dat de machines werden afgevoerd en niet op de werf stonden. Verder is het ook niet aangetoond dat de machines stil stonden op bijvoorbeeld het depot van de aannemer. De machines konden dus perfect ingeschakeld worden op andere werven. De volledige duur van 28 dagen is daarom voor het bestuur niet aanvaardbaar. Men kan akkoord gaan met enkele dagen i.k.v. het transport maar dat wordt ook reeds gevorderd in een andere post (zie lager).
  2. De vaste werfinrichtingen en bijhorende kosten zijn wel aanvaardbaar. We spreken hier over de mazoutvaten, bureel containers, werfcontainer, signalisatie, elektriciteitsaansluiting en de huur van het terrein.
  3. Het demobiliseren en mobiliseren van de rioleringsploeg is aanvaardbaar maar kan niet dubbel gerekend worden (zie ook punt 1 en punt 6).
  4. De opdrachtnemer rekent een rendementsverlies van de arbeiders dat men geleden heeft voor het inzetten op een andere werf. Men rekent circa 1.5u per arbeider/dag wat aanvaardbaar is. Echter is het onduidelijk met hoeveel arbeiders men de werken zou doorvoeren aangezien het dagboek tijdens de schorsing niet werd bijgehouden. Men rekent nu een gemiddelde aan van arbeiders voor en na de schorsing namelijk 7 arbeiders en dit is discutabel gezien het ontbreken van het dagboek.
  5. De werfleider wordt voor de volledige duur aangerekend. Tijdens de uitvoering van de werken heeft de betreffende werfleider meerdere keren aangehaald dat er verschillende andere werven lopende waren en dat het druk was in de voorbereiding hiervan. De opdrachtnemer geeft aan op basis van de vorderingen van de werven van de betreffende projectleider dat er weinig werven lopende waren. Dit betekent echter niet dat de werfleider niet elders productief werd ingezet: er kan sprake zijn van opstartende werven of van werven die niet goed lopen. In beide situaties kunnen er dus ook geen vorderingsstaten gebruikt worden om aan te tonen dat de werfleider al dan niet bezig was op andere dossiers. De kostprijs van de werfleider is dus ook discutabel. 
  6. Er worden kosten gerekend voor het inefficiënt stilleggen en heropstarten van de werf. Hier worden 2x2 verloren dagen aangerekend echter is dit dubbel gerekend rekening houdend met punt 1. Hetzelfde geldt voor de verdeling van de vaste kosten over andere werven.

 

  • Kwijtschelding van de helft van de boete t.g.v. de termijnsoverschrijding.

 

  1. Voorlopige oplevering

 De voorlopige opleveringsdatum werd aangehouden op 04/09/23 maar zoals gevraagd en principieel goedgekeurd door de gemeente, werd de aanvang van de waarborgperiode gelijkgesteld met 01/04/23 zodat de volledige borg (met uitzondering van de bijkomende borg tgv de rijweg), kan vrijgegeven worden tijdens definitieve oplevering op 01/04/25.

Om consensus te bekomen voor bovenstaande financiële discussie is de opdrachtgever bereid om 50 % van de boete t.g.v. de termijnoverschrijding kwijt te schelden en geen gevolg te geven aan de boete t.g.v. bijakte nr.1 (t.w.v 4.000 euro), op voorwaarde dat er geen gevolg gegeven wordt aan enige verwijlintresten t.g.v. eventueel laattijdige vorderingsstaten, facturen of vrijstellingen van borgen. 

 

Concreet wordt de afhandeling als volgt samengevat:

 

 

Versie 10/06/23

Versie 24/11/23

Boete tgv termijnsoverschrijding

-102.439,23 euro

-51.219,62 euro

Boete tgv bijakte nr. 1

-4.000,00 euro

 

Refractie tgv PV11

-24.363,96 euro

-18.679,06 euro

Refractie tgv PV36bis

-639,71 euro

-639,71 euro

Refractie tgv PV38

-557,75 euro

-557,75 euro

Grondafvoer

 

+ 32.160 euro

 

-132.000,65 euro

- 38.936,14 euro

 

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt het voorstel goed en gaat ermee akkoord dat dit aan de firma Hertsens bezorgd wordt.


Bijlagen

  • 11463347 WR PV VO 1.0.pdf
  • 20231102_Adviesnota_JBLO.docx
  • Overzicht (inschatting) verwijlintresten.xlsx