Naar aanleiding van het feit dat Ibogem op 1.1.2025 niet meer zal voldoen aan artikel 389 DLB ,werd advies gevraagd bij ABB over de vraag welke oplossingen er mogelijk zijn voor Ibogem.
Op 17.1.2024 schreef Mathias Baertsoen (ABB) hierover het volgende:(mail in bijlage)
Vandaag is afvalintercommunale Ibogem de Opdrachthoudende Vereniging (OV) die instaat voor de afvalinzameling en -verwerking in Beveren, Kruibeke en Zwijndrecht. Door de fusie van de 3 gemeenten zal de OV nog slechts 1 deelnemende gemeente tellen, wat wettelijk niet mogelijk gezien artikel 389 van het Decreet Lokaal Bestuur stelt dat een OV ministens 2 deelnemende gemeenten telt.
Grosso modo zijn er 3 scenario’s voor Ibogem ten gevolge van de fusie:
Zoals eerder vermeld, stelt art. 389 DLB dat een OV door minstens 2 gemeenten tot stand gebracht kan worden. Het stelt echter niet dat een OV van rechtswege ontbonden wordt wanneer er niet langer minstens 2 gemeenten deelnemen. Het is dus niet dat Ibogem op 1/1/2025 zal ophouden te bestaan, maar ze voldoet wel niet langer aan de basisprincipes van intergemeentelijke samenwerking, waardoor de situatie door de nieuwe bestuursploeg zo snel mogelijk moet worden geremedieerd.
Er spelen daarnaast tal van juridische principes een rol in deze moeilijke situatie. Eerst en vooral is er de continuïteit van de dienstverlening die moet worden gegarandeerd. Daarnaast is er eveneens de omzendbrief KBBJ/ABB 2023/1 betreffende de beslissingen in het verkiezingsjaar. Deze stelt dat er geen beslissingen in extremis mogen genomen worden in een verkiezingsjaar. Dit zijn beslissingen die de komende bestuursploeg binden en die het financieel beleid nodeloos verstoren. Daarnaast stelt art. 421 DLB dat een toetreding tot een OV niet mogelijk is tijdens een verkiezingsjaar. De 3 gemeenten kunnen dus niet in 2024 nog aansluiten tot een andere AIC (bijvoorbeeld MIWA). Ook de oprichting van een ABG is niet mogelijk tijdens een verkiezingsjaar conform art. 227 DLB.
Indien er zou gekozen worden voor optie 2 en alle activiteiten worden ondergebracht in een AGB, moet ze in 2025 eerst Ibogem ontbinden, waardoor de activiteiten terugvloeien naar de gemeente. Pas dan kan een AGB worden opgericht. Een besluit van de gemeenteraad is hiervoor dan ook noodzakelijk.
De enige beslissing die de huidige gemeenten wel al zouden kunnen nemen in 2024, is de ontbinding van Ibogem ten gevolge van de fusie. Hierbij moet wel de afweging worden gemaakt of dit wenselijk en conform de omzendbrief is. Daarnaast dreigt het gevaar dat de waarborging van de dienstverlening in het gedrang komt, gezien de oprichting van een AGB of de aansluiting bij een andere OV niet mogelijk is.
Zoals bij elke beslissing zijn hier ook de beginselen van behoorlijk bestuur van toepassing. Het is dan ook van groot belang dat de beslissing wordt genomen met inachtneming van het zorgvuldigheidsbeginsel. De ontbinding van Ibogem en het oprichten van een AGB zal hierop mogelijks een impact hebben, in de eerste plaats via het personeelsstatuut van de werknemers. Deze gevolgen dienen dan ook zorgvuldig te worden onderzocht door de volgende bestuursploeg.
ABB is van mening dat Ibogem dus zeker niet zal ophouden te bestaan vanaf 1/1/2025, maar is het belangrijk om hier voldoende aandacht aan te besteden zodat deze belangrijke taak de best mogelijke zorgen blijft krijgen. Het is daarnaast aan de betrokken besturen om af te wegen of een beslissing in 2024 mogelijk en wenselijk is in het licht van de omzendbrief, het DLB en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, of dit beter wordt overgelaten aan de volgende bestuursploeg.
Als laatste geef ik nog mee dat het aangewezen is dat de nieuwe gemeenteraad zich uitspreekt over de wijze waarop de dienstverlening van Ibogem in de toekomst georganiseerd zal worden, gezien deze de erfopvolger is van de engagementen van de 3 vroegere, bij Ibogem aangesloten, gemeenten.
Op het fusieteam van 28.02.2024 kwam Wim Beeldens, directeur van Ibogem, een toelichting geven over de verschillende mogelijkheden m.b.t. Ibogem na 1.1.2025.
Omdat de juiste keuze maken uit de drie voornoemde scenario's een zeer grondige voorbereiding vergt, kan dat wellicht niet gebeuren tegen 1.1.2025. Bovendien lijkt het wenselijk om in het licht van de omzendbrief, het DLB en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, deze keuze over te laten aan de volgende bestuursploeg.
Dit maakt dat de enige beslissing die de huidige besturen van de 3 gemeenten wel al zouden kunnen nemen in 2024, de ontbinding is van Ibogem ten gevolge van de fusie. Dit is echter geen gewenste oplossing omdat continuïteit van de dienstverlening moet worden gegarandeerd.
Om die reden willen wij de vraag stellen aan de minister om aan de drie gemeenten en Ibogem een redelijke termijn te geven om deze oefening ten gronde voor te bereiden en ons in afwachting uitstel te geven om de OV Ibogem te ontbinden. Verder willen we vragen of er om die redenen nagedacht kan worden om hierover een uitzondering mee op te nemen in het fusiedecreet.
En tot slot willen we ook graag duidelijkheid over het statuut (o.a. de aansprakelijkheid) van de bestuurders van de OV Ibogem gedurende deze overgangsperiode.
Aan het college wordt gevraagd om akkoord te gaan om bovenvermelde vragen te richten aan Minister Rutten. In Beveren en Kruibeke wordt een gelijkaardig voorstel voorgelegd aan het schepencollege. Een ontwerpbrief bevindt zich in bijlage.
Het college gaat akkoord om bijgevoegde ontwerpbrief ivm de OV Ibogem te richten aan Minister Rutten.