2024_CBS_01364 - Heraanleg Binnenplein - landschapspark - ereloonnota 4

Ontwerper Arne De Ruyter diende zijn ereloonnota voor het ontwerp heraanleg landschapspark in. De ereloonnota werd opgemaakt overeenkomstig de bepalingen in de overeenkomst gemeente-ontwerper.

• 6% te berekenen op de totale bouwkost excl. veiligheidscoördinatie en hydronautstudie. De algemene aanneming is het uitgangspunt voor het bepalen van het honorariumpercentage. Indien de opdrachtgever beslist om de uitvoering van de werken in verschillende loten of fasen uit te voeren met gescheiden aanbestedingen, worden de honorariumpercentages verhoogd met 10%. 
  • 20% - voorontwerp: na goedkeuring van het voorontwerp door de bouwheer, de berekening gebeurt op basis van de raming die bij het voorontwerp wordt gevoegd.
    
    
  • 30% - definitief ontwerp (incl. indiening van de aanvraag stedenbouwkundige vergunning) na goedkeuring van het definitief ontwerp door de bouwheer, de berekening gebeurt op basis van de raming die bij het ontwerp wordt gevoegd.
    
    
  • 10% - aanbestedingsdossier: van het totaal ereloon na de aanbesteding en het indienen van het aanbestedingsverslag. De berekening gebeurt op basis van de goedgekeurde laagste bieding.
    
    
  • 35% - voorlopige oplevering, na goedkeuring van de eindafrekening door de bouwheer, de berekening gebeurt op basis van de eindstaat, dit deel van het ereloon kan in 3 stappen opgevraagd worden (30% van de werken zijn voltooid, 75% van de werken zijn voltooid, bij de voorlopige oplevering). De berekening gebeurt op basis van de eindstaat.
    
    
  • 5% - definitieve aanvaarding, de berekening gebeurt op basis van de eindstaat.

Momenteel dient de ontwerper zijn ereloonnota in voor de fase van het definitief ontwerp op basis van het aanbestedingsbedrag van de werken 1 917 768,37 euro.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, artikel 105.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, artikel 5, § 3.

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005,